Filmtitel | Khadak |
---|---|
Regisseur | P. Brosens, J. Woodworth |
Datum | 30-09-2008 |
Locatie | Rood-wit 't Spectrum |
Waardering | 0,00 |
Opmerking | Wereldcinema |
Verslag | Mooie opkomst met nieuwe gezichten. Veel verschillende reacties op deze film. Een prachtige magisch-realistische film. Want hij is magisch en realistisch en vaak lopen beide gewoon door elkaar heen. Soms is de taal onbegrijpelijk, soms is ze te triviaal en soms is het erg direct. Het is dus een beetje speuren naar de betekenis achter de beelden, maar de personages zetten kleine deurtjes open voor interpretatie en laten ons binnen in de magische wereld van de Mongoolse steppe. En wat we voelen en denken is altijd goed. Laat even los dat we alles willen begrijpen. Hoofdpersoon Bagi is voorbestemd om sjamaan te worden, maar dat weet hij niet. En als hij het wel weet, wil hij er niet aan. Zijn epileptische visioenen brengen hem in paniek. Hij wil in de wereld van het hier en nu zijn. Hij is een jongeman die op zijn motor over de steppen rond scheurt en eerst maar eens een heel andere brug moet zien te slaan: die tussen de traditie van zijn grootouders en de moderniteit van zijn eigen leven. Met de mooie kolendievegge Zolzaya en haar bende van twaalf (apostelen) ontdekt Bagi dat de nomaden slachtoffer zijn geworden van een industrieel-economisch complot. Voor een film die ooit als een documentaire over Sovjetpiloten was opgezet, is het verhaal weinig documentair. Een van die piloten is er nog: hij is de vader van hoofdpersoon Bagi, waarmee meteen in het begin van de film duidelijk wordt wat de ware afkomst van de jongen is. Hij is uit de hemel komen vallen. Met de piloten kwam de exploitatie van het land. Enorme bodemrijkdommen werden ontdekt, de autoriteiten gaven de mijnen aan buitenlandse bedrijven en het einde van het nomadische tijdperk brak aan. Bagi is van die laatste nomaden, maar als een geheimzinnige ziekte de kuddes treft, wordt hij met zijn familie in quarantaine naar de randen van de stad verbannen. Zelfs zijn geliefde paard moet hij achterlaten. Hij bindt het dier met een van die traditionele blauwe sjaals (de ‘khadak’, metafoor voor een ‘stukje hemel’) om de nek om het tegen de dood te beschermen. |